Indien vijzelwerken voor renovatie van opleggingen nodig zijn waarboven zich voegovergangen bevinden moet dit altijd aan de beheerder van het kunstwerk gemeld worden in een vroeg stadium van het ontwerpproces. De beheerder dient expliciet te controleren of de leverancier van de voeg voorwaarden of uitgangspunten heeft benoemd voor een goed beheer van de voeg. Deze kunnen van technische aard zijn uit het onderhoudsplan maar mogelijk ook uit garantieaspecten welke nog gelden ten tijde van het geplande vijzelwerk. Bij voorkeur de leverancier of een deskundige van de betreffende type voegovergang raadplegen.
Vijzelwerkzaamheden aan steunpunten met bovenliggende voegovergangen of overige constructies hebben een hoog risicoprofiel. De ROK 1.4 onder hoofdstuk 6.4, art.7 geeft aanvullende eisen over dit onderwerp (zie hoofdstuk 6.7). In onderstaand overzicht een specifieke inventarisatie van de toprisico’s, hun oorzaken en beheersmaatregelen per voegovergang type.
Constructiedeel: | Buigslappe voegovergangen |
Risico/oorzaak: | Buig slappe voegovergangen zijn zo ontworpen dat hoekverdraaiingen kunnen worden opgenomen en translaties worden doorgegeven. Het beton is per definitie gescheurd. Bij te grote verticale verschilbewegingen tussen de dekken onderling wordt de scheurwijdte te groot of hij breekt. |
Beheersmaatregel: |
|
Constructiedeel: | Enkelvoudige voegovergang met geluid reducerende sinus vormige platen of meervoudige voegovergang met uitkragende vingers. |
Risico/oorzaak: | Rondom hun middenstand kragen de vingers of sinusplaten uit over de staalconstructies van het dek. De ruimte onder dit uitkragende deel is doorgaans ontworpen op 10 mm. In de praktijk is vaak echter minder aanwezig. Hard vuil als resten steenslag hoopt zich tevens op onder deze vingers. De verticale speling is vervolgens in de praktijk maar enkele mm. Als er meer wordt gevijzeld ontstaat al heel snel grote schade en/of een zeer onveilige verkeer situatie: bouten kunnen breken, vingerplaten verbuigen, verankering bezwijkt. Hierdoor kunnen stalen onderdelen op de weg komen hetgeen zeer onveilig is.
De schade zal niet altijd direct optreden, maar juist op afzienbare tijd na het vijzelen, juist met alle verkeer weer op het dek. |
Beheersmaatregel: | Indien mogelijk heeft de volgende werkwijze de voorkeur:
Indien bovenstaande niet mogelijk is, dan kan de volgende methode worden gevolgd:
|
Constructiedeel: | Meervoudige voegovergang met opgelegde vingers |
Risico/oorzaak: | De scharnierverbinding bezwijkt door te grote hoekverdraaiing t.g.v. de vijzelhoogte. Of constructief heeft deze scharnierverbinding te weinig capaciteit. Aanvullend zijn dergelijke scharnieren hoogstwaarschijnlijk ook nog eens zwaar vervuild en verroest. |
Beheersmaatregel: |
|
Constructiedeel: | Bitumineuze en flexibele voegovergangen |
Risico/oorzaak: | Ondanks hun uiterlijk en schijnbaar flexibele eigenschappen hebben deze voegtypen ook hun beperking in verticale verplaatsing tussen voegdelen onderling. De vervormingscapaciteit is sterk tijds- en producentafhankelijk.
Een eventuele schade aan dergelijke voegovergang typen is zeer moeilijk te herleiden tot oorzaak vijzelwerk. Deze typen hebben allen een zekere mate van zelf herstellend vermogen. Dit is moeilijk te kwantificeren en is zeer tijdsafhankelijk. Het gevolg hiervan is dat evt. aansprakelijkheden moeilijk juridisch zijn te kaderen. |
Beheersmaatregel: | Overleg met een deskundige van dergelijke typen voegovergangen. Bij voorkeur met zijn producent en garantieverstrekker (zie ook onderstaande generieke maatregel). |
Constructiedeel: | Lamellenvoegen met of zonder zwenk traverse |
Risico/oorzaak: | Elke lamellenvoeg heeft zijn beperking in hoekverdraaiing capaciteit welke ontstaat door vijzelwerk. Deze ontstaat in de oplegzadels van de traversebalken of doordat de voeg is voorzien van geluid reducerende sinus vormige stalen platen. (Zie ook constructiedeel enkelvoudige voegen met sinusplaten) . |
Beheersmaatregel: |
|
Constructiedeel: | Kabels en leidingen |
Risico/oorzaak: | De leiding/kabel zelf of de aanwezige flexibele verbindingen hebben een beperkte capaciteit op verticale beweging. Deze kunnen bezwijken of hun functie verliezen bij te grote bewegingen. |
Beheersmaatregel: |
|