Concept 3.1 Gewapende mattenvoegovergangen
Informatie over de concepten 3.2 Geperforeerde mattenvoegen en 3.3 Gewelfde voegovergangen is niet opgenomen omdat deze niet of nauwelijks nog aangetroffen zullen worden.
Gewapende mattenvoegen zijn in Nederland in tegenstelling tot het buitenland altijd aangebracht op een betonnen ondergrond en verankerd door middel van in het beton opgenomen constructieve lijmankers. Op het raakvlak van de verharding en de matten bevinden zich gewapend betonnen voegovergangsbalken ter voorkoming van stootbelastingen op de matten. Onder de matten bevindt zich waterkerende folie. Dilataties worden opgenomen door schuifvervorming. Daarbij verplaatsen matten zich over de waterkerende folie.
Deze mattenvoegovergangen staan bekend onder de namen Transflex, Algaflex en Multiflex en worden respectievelijk geleverd door Trelleborg, Alga en Freyssinet. In Nederland zijn vooral Algaflex en Transflex toegepast.
Concept 3.1. Mattenvoegovergangen mogen niet in het hoofdwegennet toegepast worden (voor overzicht hoofdwegennet zie Nota Mobiliteit) en worden in principe alleen nog toegepast in secondaire wegen.
Dilatatiecapaciteiten zijn mogelijk tot 350 mm. Voorinstelling is mogelijk doch dermate bewerkelijk dat het niet als realistisch moet worden beschouwd. De waterdichtheid is niet duurzaam te realiseren. De mogelijkheid om water af te voeren wordt bepaald door de wijdte (< 50 mm) van de brugdekopening. Geluidshinder wordt veroorzaakt door het opslingeren/klapperen van de matten bij verkeerspassages. De levensduur wordt naast het gebruik ook bepaald door de kwaliteit van de uitvoering en frequent vast/klein onderhoud. Bij intensief gebruik is de levensduur minder dan 10 jaar.
Voor overige informatie over dit concept wordt verwezen naar het Handboek Voegovergangen. https://www.pveno.nl/handboek-voegovergangen.
Toelichting onderhoudsmaatregelen herstel en vervangen concept 3.1 Gewapende mattenvoegen
Herstel
Mattenvoegen in het hoofdwegennet moeten te allen tijde vervangen worden door duurzamere concepten. In overige gevallen is het functioneren van de verankering bepalend voor het hersteladvies. Zijn ankers in goede staat en herbruikbaar en betreft het slechts lokale schade, dan is herstel een optie. Als de ankers niet zichtbaar zijn, dan zal dat door middel van nader onderzoek moeten worden vastgesteld. Tegelijkertijd kunnen dan de voegovergangbalken worden afgeklopt om de hechting aan de ondergrond te controleren. Is er sprake van lekkage en het aanbrengen van een duurzame waterkering niet mogelijk door een te geringe brugdekopening (< 50 mm), dan is vervanging van de voegovergang noodzakelijk.
Door de band genomen is er sprake van een optelsom van schadebeelden. Vervanging van de mattenvoegen door een duurzamer concept is dan in alle opzichten de meeste efficiënte vorm van onderhoud.
Vervangen
De toepassing van een nieuwe voegovergang is vast te stellen op basis van de ‘Rekentool verplaatsingen’ en de ‘Meerkeuzematrix voegovergangen’ zoals beschikbaar op de website van het PVO. www.pveno.nl.